De discussie over het aanwijzen van gemeentelijke monumenten stamt reeds uit de laatste decennia van de vorige eeuw. In die geschiedschrijving nemen we de draad op vanaf 2009.
Schouwlijst Historische Vereniging 2009
Op 20 oktober 2008 verzoekt de gemeente de HVZ medewerking te verlenen bij de inventarisatie van objecten die in aanmerking zouden kunnen komen als gemeentelijk monument. Vanuit het bestuur en vrijwilligers van de HVZ wordt een werkgroep van 9 personen geformeerd, die vanaf november 2008 tot februari 2009 geheel Zwijndrecht rondgaat en inventariseert welke objecten qua leeftijd en betrokkenheid bij Zwijndrecht in aanmerking zouden kunnen komen voor de monumentenlijst. Omdat Heerjansdam eerder al een gemeentelijke monumentenlijst had opgesteld werd hier niet geschouwd. Voor de onderverdeling van de objecten werd een classificatie gebruikt: Openbare gebouwen; Religieuze gebouwen; Onderwijsgebouwen; Industriële objecten; Privaat- of woongebouwen; Agrarische opstallen; Brug of waterkering; Straat of plein; Palen en hekwerken; Groenvoorziening. Een aparte lijst werd opgesteld over kunstwerken. Van ieder object werd het bouwjaar, de oorspronkelijke en de huidige functie vastgelegd alsmede werd per object relevante achtergrondinformatie beschreven. Het resultaat was een schouwlijst die tenslotte ruim 250 objecten omvatte. Namens de HVZ bood werkgroeplid Rob de With in juni 2009 de schouwlijst aan aan de toenmalige burgemeester Antoin Scholten en de eveneens toenmalige wethouder Peter van Stekelenburg. Met de schouwlijst werd niet beoogd alle geïnventariseerde objecten de status van gemeentelijk monument te geven. De lijst is bedoeld om behulpzaam te zijn bij de selectie die uiteindelijk zal leiden tot het aanwijzen van gemeentelijke monumenten. De werkgroep die in 2008/2009 de inventarisatie uitvoerde bestond uit: Clement Blacquière; Koen en Eveline Boot; Bert en Ank Leusink; Gerard Los; Klazien Odekerken; Rob en Nelly de With.
Inventarisatie Erfgoedhuis 2010
Als vervolg op de schouwlijst gaf de gemeente in het voorjaar van 2010 het Erfgoedhuis Zuid-Holland opdracht een quick scan uit te voeren ter voorbereiding van de besluitvorming rond de gemeentelijke monumentenlijst. Gevraagd werd om “een gemotiveerde en onderbouwde selectie van cultuurhistorisch waardevolle objecten”. Als uitgangspunt werd gekozen voor het landelijk uitgevoerde Monumenten Inventarisatie Project (MIP) uit 1990. In dit project beschouwde men de zogenaamde jongere bouwkunst en stedenbouw van 1800 tot 1945. Daarnaast selecteerde het Erfgoedhuis een 25-tal objecten uit de schouwlijst van de HVZ om deze mee te nemen in hun onderzoek. De quick scan betrof zodoende circa 75 objecten. Het veldwerk is uitgevoerd in de periode van maart tot juli 2010. Objecten zijn vanaf de openbare weg gefotografeerd en beoordeeld volgens de standaard van de Rijksdienst voor het Culturele Erfgoed (RCE), zie ook beoordeling historische waarde.
Herstart project medio 2015
Nadat het jaren stil is geweest rond het project werden er medio 2015 door verschillende raadsfracties vragen gesteld over het uitblijven van een gemeentelijk monumentenbeleid. In een reactie daarop werd door wethouder Aaike Kamsteeg de herstart en afronding van het project toegezegd. Tevens gaf de wethouder nadrukkelijk aan participatie van de HVZ daarbij belangrijk en noodzakelijk te achten. Dit leidde ertoe dat de HVZ werd gevraagd te participeren in de ambtelijke werkgroep die hiervoor verantwoordelijk is gesteld. Een eerste overleg vond plaats in december 2015. Namens de HVZ namen Clement Blacquière, Jan van Dalen en Leo van Namen deel, waarbij Kees Popijus tevens door de gemeente was uitgenodigd. Tot aan april 2016 heeft het overleg 3 maal plaatsgevonden. Vervolgens is de gemeente aan de slag gegaan om de beleidsregels definitief te gaan vaststellen.